De opgaven die op ons afkomen
In de omgevingsvisie beschrijven we hoe we zelf denken over de toekomst van Hof van Twente. Ook in de Hof ontkom je niet aan de veranderingen die in de wereld plaatsvinden. Er is een aantal bredere thema’s dat in meer of mindere mate direct doorwerkt in de leefomgeving van onze inwoners. Het is aan ons om deze grote thema’s zo goed mogelijk te laten landen in de Hof. De opgaven die ontstaan uit de verwachte veranderingen in Hof van Twente staan hieronder beschreven.
Daarnaast moeten we ook rekening houden met opgaven die nu al volop spelen, zoals het voorzieningenniveau op peil houden of het in stand houden van het verenigingsleven. Hierover lees je meer onder het kopje De Hof in 2040.
Landbouwtransitie
De afgelopen jaren wordt steeds vaker gesproken over de landbouwtransitie. De landbouwtransitie houdt in dat in de toekomst (een gedeelte) van de Nederlandse landbouwgrond anders gebruikt en beheerd gaat worden. Dit vanuit het gedachtegoed dat natuur en biodiversiteit hersteld en versterkt moet worden en dat landbouw en natuur meer balans in moeten zijn. Maar dit in balans brengen gaat niet over één nacht ijs; er worden ingrijpende keuzes die veel impact zullen hebben op agrariërs en hun verdienmodel. Kortom, er ligt een opgave die ruimtelijke impact gaat hebben, maar ook impact heeft op de manier van werken in de landbouw zoals we al (decennia)lang gewend zijn.
In het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) wordt gewerkt aan blijvende oplossingen voor uitdagingen op het gebied van natuur (waaronder stikstof), waterkwaliteit en klimaat. Uitgangspunt daarbij is om door een gebiedsgerichte aanpak maatregelen voor natuur, klimaat, bodem en water slim te combineren, zodat de natuur herstelt en er weer ruimte is voor ontwikkeling en vergunningverlening. Het Nationaal Programma Landelijk Gebied, een beleidsprogramma onder de Nationale Omgevingsvisie, biedt kaders die de provincies gebruiken om de gebiedsprogramma’s op te stellen. De provincie Overijssel zet in haar PPLG in op drie doelen: een goed sociaal-economisch perspectief, een toekomst-bestendige landbouwsector en zorgen voor herstel van de natuur, het watersysteem en het klimaat (wettelijke taken). In het kader van de gebiedsgerichte aanpak heeft Overijssel Twente opgedeeld in twee deelgebieden: Zuidoost Twente (ZOT) en Noordoost twente (NOT). De Hof van Twente behoort tot het deelgebied Zuidoost Twente.
De twee deelgebieden hebben een voorstel uitgewerkt waarmee we gebiedsgericht invulling willen geven aan het PPLG. Met het bod geven we vanuit het gebied invulling aan de gebiedsgerichte aanpak en het werken van onderop. Om van de gebiedsgerichte aanpak een succes te maken is wederzijds vertrouwen van groot belang. Vertrouwen tussen inwoners en ondernemers enerzijds en de overheid anderzijds. De uitvoering van het programma voor Zuidoost Twente zal dan ook lokaal aan keukentafels en in buurt/dorpshuizen vorm krijgen. Door op een dergelijke manier te werken gaan we concreet landelijk en Europees gestelde doelen realiseren en dragen we daarnaast bij aan het herstel van vertrouwen in de overheid.
Inhoudelijk is het bod voornamelijk gericht op perspectief voor de doorgaande agrarische bedrijven met daarbij de nadruk op de lange termijn (20 à 30 jaar). Onze agrarische ondernemers voorzien ons van voedsel, onderhouden de natuur en het (cultuur)landschap, zijn een belangrijke economische drager van het buitengebied en voor ons in Zuidoost Twente daarom onmisbaar voor de leefbaarheid van ons platteland. In onze aanpak ligt de focus dan ook met name op doorgaande bedrijven die maatschappelijke doelen kunnen en willen integreren in hun bestaande bedrijfsvoering. Door deze bijdrage (diensten) liggen er mogelijkheden voor een extra (financiële) pijler onder het bedrijf, waardoor de uitdagingen die er zijn voor de landbouw juist extra perspectief gaan bieden. Naast deze extra pijler ligt onze focus ook op ruimte voor landbouwontwikkeling door innovatie en verbreding.
Woningbouwopgave
We hebben momenteel een groot woningentekort in Nederland. Om dit in cijfers uit te drukken: tot 2030 hebben we minimaal 900.000 nieuwe woningen nodig. De 14 Twentse gemeenten hebben samen de ambitie uitgesproken om in 2050 50.000 woningen toe te voegen, waarbij deze groei ook deels in de Hof van Twente moet landen. Dit sluit aan bij onze ambitie om in 2040 te groeien naar 40.000+ inwoners. Dat is een groei van ongeveer 5.000 inwoners. Onze huidige opgave is om de woningbouwproductie te versnellen, vooral in de kernen Goor, Delden en Markelo, waar de vraag het grootst is. We hebben hier aandacht voor het realiseren van meer betaalbare woningen, zowel in de sociale huur als in de koopsector, gericht op huishoudens met een laag- of middeninkomen.
Daarnaast ligt er een opgave om zorg te dragen voor passende huisvesting voor specifieke doelgroepen, zoals jongeren, ouderen, starters, statushouders en mensen met een zorgvraag. Deze vraag is bijvoorbeeld gerelateerd aan vergrijzing en aan de ontwikkeling dat mensen steeds zelfredzamer worden.
We zien ten slotte onze woningbouwopgave niet als een sectorale opgave. Een nieuwe woonwijk of het transformeren van gebouwen tot woningen biedt de mogelijkheid om de leefbaarheid en vitaliteit in de kernen en in het buitengebied te verbeteren. Ook hebben we vanuit het thema duurzaamheid een opgave: een groot deel van onze woningen heeft nog niet het gewenste duurzaamheidslabel. We zetten ons de komende jaren in op het verduurzamen van onze bestaande woningvoorraad, door betere isolatie en het stimuleren van energiebesparing, energieopwekking en circulariteit.
Gezondheid
Een van de thema’s die nieuw is in de Omgevingswet is het thema gezondheid. De Omgevingswet moedigt overheden en initiatiefnemers aan om vroeg in het proces plannen te ontwikkelen die niet alleen ruimtelijk zijn, maar ook de bevordering van een gezonde levensstijl ondersteunen en zorg dragen voor het beschermen van milieubeginselen.
Dat gezondheid meer aandacht krijgt, is niet voor niets: We worden ouder en het aandeel ouderen in de bevolking groeit (vergrijzing). Met het stijgende aantal ouderen in de samenleving, zien we dat de vraag naar zorg aanzienlijk toeneemt. Dit betekent dat er niet altijd voldoende capaciteit en middelen beschikbaar zijn, zoals hulpverleners en budgetten. Kortom; de druk op de zorg neemt toe.
Als reactie hierop zijn er steeds meer (technologische) ontwikkelingen die ervoor zorgen dat (zorg)hulpbehoevenden, zoals ouderen, zelfredzamer worden. Tegelijkertijd zien we ook een trend dat meer mensen last krijgen van overgewicht. Het wordt daarom steeds belangrijker dat we voldoende bewegen en dat er voldoende (openbare) ruimte is die beweging stimuleert. Met een toegankelijke en groene buitenruimte wordt het aantrekkelijker om buiten te sporten, te spelen of te ontspannen. Meer groen leidt bijvoorbeeld tot minder overgewicht, luchtwegklachten en allergieën. Ook vermindert het angst en stress. Groen in onze omgeving bevordert dus onze fysieke en mentale gezondheid.
Klimaatverandering
Klimaatverandering is tegenwoordig een grote uitdaging. Door de uitstoot van broeikasgassen warmt de aarde op. Dit leidt tot grote veranderingen in het klimaat, met ernstige gevolgen voor ecosystemen, biodiversiteit en samenleving. Enkele voorbeelden van de effecten van klimaatverandering zijn het vaker optreden van extreme weersomstandigheden, zoals wateroverlast, hittegolven en droogte. Deze effecten hebben impact op veel aspecten van ons dagelijks leven en brengen grote opgaven met zich mee voor de inwoners, bedrijven en de overheid.
Omdat klimaatverandering iedereen raakt, zijn er innovatieve oplossingen nodig. We moeten hierbij rekening houden met de korte- en de lange termijn, zodat we ook de belangen van toekomstige generaties beschermen. Het gaat hierbij niet alleen over aanpassingen in infrastructuur, maar ook een heroverweging van hoe we omgaan met natuurlijke hulpbronnen en onze fysieke leefomgeving.
Energietransitie
De energievoorziening zal de in de komende jaren sterk veranderen. Van fossiele brandstoffen en gas stappen we steeds meer over op wind- en zonne-energie, aquathermie en andere (nieuwe) vormen van energieopwekking en energieopslag. Voor de Hof van Twente zien we ook kansen voor mono-mestvergisting op onze agrarische bedrijven. Er zijn steeds meer veranderingen in de energie die we gebruiken, door bijvoorbeeld onze diesel- en benzineauto’s te vervangen door elektrische auto’s en door onze woningen aardgasvrij te maken.
Al deze ontwikkelingen leiden tot een groei van de energievraag en het aanbod, én om ruimte. Zo hebben de energieopwekkers zelf ruimte nodig. Denk aan de inpassing van zonnepanelen of winturbines op het land. Maar ook het hele hoog-, midden- en laagspanningsnet moet versterkt worden. De bouw van bijvoorbeeld nieuwe transformatorstations heeft ook een ruimtelijke impact in onze kernen en in het buitengebied.